De hoofdstukken 4 en 5 uit het boek overlappen elkaar. Hoofdstuk 4 gaat over hoe je een strategische positie bepaalt en inneemt. Waar ligt de spanning in een conflict? En hoe neem ik dan positie ten opzichte van die spanning?
Hoofdstuk 5 gaat over het herkennen van strategisch voordeel, een sfeer of flow. Hoe herken je het en hoe zet je het in?
Positie innemen gaat over het kiezen tussen aanvallen en verdedigen? Wanneer val je aan en wanneer verdedig je? Wanneer laat je jezelf zien (zichtbaar worden in de vorm) en wanneer niet (vormloos).
Strategisch handelen is het niet tot uiterlijk vertoon laten komen. Een conflict in de kiem smoren. De beste generaals zijn daarom niet bekend (in de wereld). Zij smoren ieder conflict in de kiem.
Een militair expert heeft met 2 zaken te maken: de weg (waarvoor doe je het?) en de verordeningen (ben je doeltreffend?)
Strategisch voordeel is het gebruik van maken (zorgen dat iets in je voordeel werkt, de herkenning daarvan):
- Het ongedeelde geheel om het enkele aan te vallen
- Het volkomen gecentreerde af te wegen tegen dat wat periferie is
- Groot gewicht zet je in tegen wat bijna geen gewicht heeft
- Velen gebruiken om weinigen te treffen
Strategisch voordeel: hoe buit je je positie maximaal uit?
Vroeger was er binnen legers (organisaties) meer en strengere regelgeving dan nu. Nu is er meer vrijheid, maar de volgende zaken blijven overeind:
Goede communicatie
Richten op de hoofdlijnen (welke zijn dat?), details later
Snelheid en timing
Een goede generaal is opgeleid in het yin yang principe. Omgaan met het yin en het yang en daar je voordeel mee doen: het onzichtbaar mogelijk de vijand manipuleren