Dit hoofdstuk gaat over het terrein van de strijd en hoe je daarmee om kunt gaan.
Een toegankelijk terrein duidt op een gemakkelijk conflict. Zorg dat je als eerste aankomt, dan ben je uitgerust en heb je voordeel. Op een gecompliceerd terrein: je moet je kunnen terugtrekken of zeker weten dat je wint. En op welke terrein vecht je niet?
6 situaties die te wijten zijn aan de commandant (spirit van het leger):
1 vluchten. Er is verschil met terugtrekken (met je gezicht naar de vijand). Een inschattingsfout
2 insubordinatie, manschappen sterk – officieren zwak
3 leger in verval, officieren sterk – manschappen zwak
4 vernietiging, officieren begeven zich in ongeoorloofde situaties
5 chaos, de commandant is zwak en lui en de rest ongedisciplineerd
6 totale nederlaag, de commandant weet niet wie hij is en kent de vijand ook niet
Deze situaties zijn gebaseerd op de 'Periode van de strijdende state' van 500 – 220 voor Christus in China. Men ging toen van 120 staten naar 12 en vervolgens van 12 naar 1. Het was een ongekend bloedige periode.
Daarbij rijst de vraag: wat komt door de mens dat niet had gehoeven? Want de bovenstaande situaties hebben plaatsgevonden in de strijd en daar is dit boek voor geschreven.
Het 3e stuk van dit hoofdstuk gaat over de voortreffelijke commandant. De commandant weet:
Strategische positie als bondgenoot te hebben
Goed inschatten van de vijand
Het scheppen van de juiste voorwaarden
Analyseren van natuurlijke hindernissen
Analyseren van de afstanden
Inzicht in deze zaken geeft de overwinning. Geen inzicht geeft verlies.
Als de overwinning niet gegarandeerd is, is het juist om de strijd te weigeren. Ook als de vorst wel wil vechten. Dan handelt de commandant/generaal zonder persoonlijk roem.
De generaal hoeft de bevelen van de vorst niet op te volgen
Het leiding geven als opvoeden van eigen kinderen.
Zijn de kinderen verwend en ongedisciplineerd.
Ken de vijand, ken uzelf. Ken het terrein en de natuurlijke hindernissen en de overwinning zal totaal zijn