Voor deze extra aflevering van de Historische BoekenCast strijken Jos Palm, Wim Berkelaar en Manon van der Heijden neer op het Geschiedenis Festival in Haarlem. Tijdens een live-opname met publiek schuiven historici aan om te vertellen over hun boeken en leestips.
Philip Dröge fietste door Amerika om de laatste resten van ‘de tawl’ te ontdekken: de taal van Nederlandse immigranten die moest wijken voor het moderne Amerikaans. Het klonk, aldus een beschaafde tijdgenoot, als 'het kwaken van kikkers' en werd gesproken door 'wild, onbehouwen, ruig en meestal dronken volk.' Zo brengt De Tawl van Philip Dröge je rechtstreeks naar een voorgoed verloren gewaande tijd.
Beatrice de Graaf bespreekt een van haar favoriete klassiekers: Van Hollandse jongens in de Franse tijd van W.G. Van Hulst. Het boek verhaalt hoe de dappere Jan Pommer – als een Hansje Brinker – Holland redde van de Franse bezetter in de vroege negentiende eeuw.
Er wordt nogal wat overhoop gehaald in De Patriarchen. De oorsprong van de ongelijkheid van wetenschapsjournalist Angela Saini. Het boek knaagt doortastend aan de wortels van de gewaande mannelijke almacht als historische onvermijdelijkheid. Saini bewijst dat het patriarchaat steeds weer opnieuw moet worden bevochten door de heren der schepping, oordeelt recensent Manon van der Heijden.
Ze was geen prinses als Sissi, maar een keiharde tante en ook nog eens mooi en charmant. Elizabeth Stuart, de kleindochter van de onthoofde Mary Stuart, kreeg in haar tijd een slechte pers: ze zou meer van haar aapjes houden dan van haar kinderen. Ten onrechte, vindt biografe Nadine Akkerman. 'Stuart was een zelfstandige vrouw, dat was een beetje wennen in de zeventiende eeuw.' Haar boek De Hartenkoningin maakt van Stuart een serieus te nemen vrouw.