Introductie: Openbaring
We zijn aangekomen bij het slotakkoord van de Bijbel: Openbaring. Is het niet fantastisch dat God ons ook verteld hoe het verhaal van God en mens zal aflopen? Openbaring is wel een boek dat soms lastig te begrijpen is. Het zit vol profetieën en beeldspraak. De details kunnen misschien voor verwarring zorgen, maar de hoofdlijn is niet moeilijk te volgen.
We bezoeken nog één keer de apostel Johannes, die verblijft op het Griekse eiland Patmos. Jezus verschijnt aan hem en vertelt Johannes om namens Hem brieven aan zeven kerken te sturen. Daarna krijgt Johannes visioenen van de hemel én van de komst van de nieuwe aarde en de nieuwe hemel. God rekent definitief af met het kwaad, vestigt Zijn koninkrijk op aarde en wij die op Hem vertrouwen mogen voor altijd bij Hem zijn.
Openbaring (20 minuten)
In onze Bijbel heet dit Bijbelboek ‘Openbaring’ of ‘Openbaring van Johannes’, maar de oorspronkelijk titel van dit werk is ‘Openbaring van Jezus Christus’. Die naam is veel toepasselijker omdat de tekst weergeeft wat Jezus in verschillende visioenen openbaarde aan de apostel Johannes.
Bovendien staat de Messiaanse Koning centraal. Deze was al beloofd aan Adam en Eva nadat zij voor het eerst hadden gezondigd. Hij is de rode draad in alle Bijbelboeken.
Johannes schreef Openbaring aan het eind van zijn leven, toen hij verbannen was naar het eiland Patmos. Vermoedelijk ergens tussen de jaren 94 en 96. Keizer Nero was inmiddels gestorven en zijn plaats was ingenomen door keizer Domitian, die evenals zijn voorganger de christenen vervolgde.
Aankomende storm
Er was zelfs nog meer vervolging op komst en de kerken in Klein-Azië (Turkije) waren niet meer zo sterk als enkele jaren daarvoor. Ze hadden hoop, bemoediging en zelfs correctie nodig om de aankomende storm te kunnen weerstaan. Daarom verscheen Jezus aan Johannes, dicteerde brieven aan de zeven kerken in Klein-Azië en liet hem visioenen zien van de geestelijke werkelijkheid.
Openbaring is net als de andere profetische boeken soms moeilijk te begrijpen. Dat komt omdat er veel in beelden wordt gesproken en hoe leg je die uit? Profetieën zijn woorden die rechtstreeks van God komen en bedoeld zijn om mensen te waarschuwen of juist kracht te geven in tijden van wanhoop.
Als je Openbaring leest, kun je je daarom beter richten op wat je wel begrijpt, in plaats van op wat je niet begrijpt. En als je de getallen en symbolen wilt bestuderen, kijk dan vooral naar het Oude Testament, want Openbaring zit vol verwijzingen naar het eerste deel van de Bijbel.
Code ontcijferen?
Veel christenen gaan trouwens op zoek gaan naar een code in Openbaring en proberen die te ontcijferen. Ze proberen erachter te komen welke profetieën al zijn vervuld en welke op het punt staan om vervuld te worden. Ze willen calculeren wanneer Jezus terugkomt. Hierdoor verliezen ze het overzicht en de grote lijn van het boek.
Openbaring is namelijk het laatste Bijbelboek, de climax van de hele Bijbel. Het geeft troost, hoop en kracht om vol te houden, zelfs als het moeilijk wordt, zelfs als mensen je niet serieus nemen om je geloof, zelfs als je wordt vervolgd, zelfs als je wordt vermoord. Hou daarom vast aan Gods Woord; dat is Jezus zelf.
Helemaal aan het eind vangen we een glimp op van de vervulling van al Gods beloften: dat we op een plaats mogen wonen die nog mooier is dan de Hof van Eden, en dat God dan weer bij ons woont.
‘Iemand die eruitzag als een mens’
Johannes opent ‘Openbaring’ met een beschrijving van hoe Jezus hem van achteren roept. Als Johannes zich omdraait ziet hij zeven gouden lampenstandaards en ertussendoor loopt ‘iemand die eruit zag als een mens’. (Een lampenstandaard staat symbool voor een kerk.)
Jezus draagt Johannes op brieven te schrijven aan zeven gemeenten in Klein-Azië. Het getal ‘zeven’ is een belangrijk symbool in de Bijbel. Het is het getal van de ‘volheid’ of ‘compleetheid’.
Elke kerk die een brief krijgt, heeft zo zijn eigen uitdagingen. Sommige zijn hun liefde voor Christus kwijtgeraakt en lauw geworden. Andere worden zwaar vervolgd door niet-gelovigen. Jezus roept de zeven kerkelijke gemeentes op om trouw te blijven aan Hem en zo de wereld te overwinnen. Wie de wereld overwint, krijgt een beloning.
Deze eerste drie hoofdstukken leggen de basis voor de rest van het boek. Hoewel Johannes namens Jezus zeven specifieke kerken aanschrijft, is zijn boodschap relevant voor de hele kerk. De vraag is dus: zal de kerk overwinnen? En waarom is ‘trouw blijven’ hetzelfde als ‘de wereld overwinnen’? Die vragen worden beantwoord in de rest van het boek.
De gesloten boekrol
Johannes krijgt een visioen van Gods troonzaal en gebruikt beelden uit het Oude Testament om de pracht en praal te beschrijven. Om God heen zijn hemelse wezens die roepen hoe heilig God is. Voor de troon werpen 24 oudsten zich neer om God te aanbidden. God houdt een boekrol vast. Deze rol is verzegeld met zeven wassen zegels.
In het Oude Testament spraken de profeten hier ook al over en ook Daniël zag deze boekrol al in een visioen. Niemand mag de boekrol echter openmaken. Dat kan alleen gebeuren door iemand die waardig genoeg is.
Dan verschijnt er Iemand die dat wel kan. Het is de Leeuw van Juda, de nakomeling van David. De leeuw is een toonbeeld van kracht en David is een militair met talloze overwinningen. Als Johannes zich omdraait om deze ‘leeuw’ te kunnen bekijken, ziet hij echter iemand die lijkt op een lam. Een geslacht lam. Met zeven hoorns en zeven ogen.
De overwinning is dus behaald door Iemand die zich ter dood liet brengen. Denk ook terug aan het lam dat de Israëlieten moesten slachten in Egypte, zodat de Engel des doods hun huis niet zou aandoen om de eerstgeborenen te doden. Niet voor niets noemde Johannes de Doper Jezus ook wel ‘het Lam van God’. In de hemel wordt God aanbeden, maar ook dit Lam. Het Lam verbreekt uiteindelijk één voor één de zegels.
Zeven zegels, zeven bazuinen, zeven schalen
In het volgende deel van Openbaring laat Johannes zien hoe drie cycli van zevens elkaar opvolgen. Eerst zeven zegels. Uit het zevende zegel komen zeven bazuinen. Uit de zevende bazuin komen zeven schalen. Iedere cyclus laat zien hoe Gods koninkrijk en Zijn rechtvaardigheid zich in de hemel én op aarde zzullen vestigen.
Het zou kunnen dat deze 21 gebeurtenissen elkaar zullen opvolgen, maar het is waarschijnlijker dat iedere cyclus van zeven hetzelfde beschrijft als de twee andere cycli. De uitkomst is namelijk telkens hetzelfde: ze leiden tot het laatste oordeel.
Bij het openen van de eerste vier zegels, verschijnt er telkens een ruiter op een paard. Dit beeld komt uit Zacharias 1. De vier ruiters vertegenwoordigen oorlog, verovering, honger en dood. Helaas komen er iedere dag mensen om door oorlogen, veroveringen, honger en andere misstanden.
Het vijfde zegel laat de ‘martelaren’ zien: de mensen die omgebracht zijn omdat ze Jezus volgen. Zij roepen het uit tot God. Wanneer gaat Hij hun bloed wreken? God antwoordt dat ze nog even geduld moeten hebben. Het is nog niet de tijd, maar Hij legt niet uit waarom niet.
De dag van de Heer
Maar dan wordt het zesde zegel geopend. Dit is de dag van de Heer, waarover de profeet Joël profeteerde. Er vinden rampen plaats op aarde en de mensen worden bang. Ze roepen uit: ‘Wie kan dit doorstaan?’
Het antwoord volgt in Openbaring 7. We zien een engel die 144.000 trouwe volgelingen van God markeert. Dit zegel op het voorhoofd van deze mensen beschermt hen tegen de rampspoed. De 144.000 zijn als het ware een telling van de militaire kracht. Dat kwamen we ook al tegen in Numeri 1. De 144.000 zijn 12.000 soldaten van elk van de twaalf stammen van Israël.
Dit is wat Johannes wordt verteld. Maar wat hij ziet, is anders dan wat hij zojuist hoorde. Voor hem staat namelijk een ontelbaar grote menigte bestaande uit mensen van allerlei volken en rassen. Precies zoals God had beloofd aan Abraham.
Dit is het leger van God. Ze zijn in wit gekleed, omdat Jezus’ bloed hen heeft schoongewassen. Zij zijn de overwinnaars. Niet doordat zij hun vijanden onder de voet hebben gelopen, maar omdat ze trouw zijn gebleven aan Jezus en het evangelie hebben verkondigd.
De zevende zegel
Dan wordt het zevende zegel verbroken. Er valt een immense stilte in de hemel die een half uur duurt. Zeven engelen krijgen ieder een bazuin, en vuur van het altaar wordt over de aarde uitgeworpen: met donderslagen, bliksemschichten en een aardbeving wordt het einde van de ‘dag van de Heer’ ingeluid.
Johannes vertelt ons vervolgens wat het blazen op de bazuinen teweegbrengt. Het lijkt erop dat dit geen nieuwe gebeurtenissen zijn, maar meer een andere manier om hetzelfde te zeggen. Nu gebruikt God beelden uit het Bijbelboek Exodus.
De eerste vijf bazuinen veroorzaken rampen vergelijkbaar met de plagen die Egypte teisterden. Als de zesde bazuin schalt komen de vier ruiters tevoorschijn die we eerder al zagen bij het openen van de eerste vier zegels.
Ondanks alle rampspoed weigeren de mensen te breken met hun zondige levensstijl. Precies zoals de Farao en de Egyptenaren weigerden te luisteren toen zij getroffen werden door de plagen.
Twee symbolische visioenen
Voordat de zevende bazuin klinkt, krijgt Johannes de door Jezus geopende boekrol. Hij moet deze opeten, maar mag de tekst niet voor zichzelf houden. Hij krijgt de opdracht om door te geven wat er in de boekrol staat. De inhoud wordt aan Johannes doorgegeven in twee symbolische visioenen.
In de eerste moet Johannes Gods tempel en altaar opmeten en ook het aantal martelaren bij het altaar tellen. Alles wordt gemeten, behalve de voorhof. De tempel wordt namelijk belegerd door de vijandige natiën.
Het zou kunnen dat in de toekomst buitenlandse legers Jeruzalem zullen aanvallen. Maar Jezus en de apostelen, onder wie Johannes, gebruikten de nieuwe tempel ook als een symbool van Gods volk: alle Joodse en niet-Joodse mensen die hun vertrouwen op Jezus hebben gesteld. In dat geval staat dit beeld dus symbool voor de vervolging van christenen.
Dat zien we ook terug in het tweede visioen als twee getuigen op het toneel verschijnen. Zo lang zij profeteren, kan niemand hen iets aandoen. Maar als ze hun getuigenis hebben gegeven, worden ze met geweld om het leven gebracht.
Ook hier geldt dat dit letterlijk kan gebeuren, maar dat het waarschijnlijker is dat de twee getuigen symbool staan voor de kerk: alle volgelingen van Jezus. Johannes omschrijft het tweetal namelijk als ‘lampenstandaards’ die voor de Heer staan. Een lampenstandaard is een symbool voor de kerk. Het is dus de kerk die de rol van profeten als Mozes en Elia op zich moet nemen. Wij zijn Gods getuigen en moeten mensen oproepen zich te bekeren tot God.
Het beest en het Lam
De getuigen in het visioen worden trouwens gedood door ‘het beest’. Datzelfde beest zagen we al in Daniël 7. Maar de getuigen blijven niet dood. God wekt hen weer tot leven. Door deze gebeurtenis komen velen mensen eindelijk tot geloof in God. Ze bekeren zich en geven eer aan God. Niet vanwege de rampen die ze over zich uitgestort kregen, maar vanwege hen die in hun plaats gestorven waren: de twee getuigen. Of beter gezegd: het Lam van God dat hen voorging.
Dit is een hele belangrijke boodschap. God moet het kwaad straffen. Als Hij dat niet doet, is Hij geen rechtvaardige God. Maar wat de mensen tot inkeer brengt, is als ze Gods liefde voor hen zien: Jezus aan het kruis, de Lijdende Dienaar die Zijn leven gaf.
En hoe kunnen de mensen die Jezus ontmoeten? Als christenen diezelfde opofferende liefde laten zien. Ze doden hun vijanden niet, maar sterven voor hen. Dit is het hart van het Bijbelboek Openbaring en we vinden het precies in het midden van dit profetische werk.
De zevende bazuin
De zevende bazuin klinkt en Gods Koninkrijk vestigt zich met veel machtsvertoon definitief op aarde. Voordat Johannes vertelt wat de gevolgen van de zeven schalen zijn, deelt hij eerst nog een aantal andere visioenen met ons. Hij noemt ze ‘tekenen’, maar in het Grieks staat er letterlijk ‘symbolen’. Deze symbolische beelden van de werkelijkheid gaan dieper in op de inhoud van de geopende boekrol.
In het eerste visioen zien we de geestelijke strijd die gaande is. De slang uit Genesis 3 wordt hier afgebeeld als een draak. Hij valt de ‘zwangere vrouw’ aan. De vrouw en haar nageslacht staan symbool voor de Messias en Zijn volk. Jezus verslaat de draak door Zijn dood en opstanding en de satan wordt uit de hemel geworpen.
Daar verspreidt hij haat onder de volken, zodat christenen worden vervolgd. De trouwe kinderen van God houden echter stand. Dit is een belangrijke les voor christenen van toen én nu. Paulus benoemde dit ook al in Romeinen 8: onze strijd is niet tegen mensen, maar tegen hemelse machten.
Het getal ‘666’
Het volgende beeld vertelt hetzelfde verhaal, maar dit keer gebruik makend van de beelden die we ook al in Daniël zagen. Er verschijnen twee beesten. De één symboliseert militaire kracht, de ander economische.
Ze heersen over de aarde en het tweede beest dwingt iedereen een merkteken te dragen op het voorhoofd of de rechterhand. Johannes zegt dat het merkteken de naam van het beest is, of het getal waarmee dat beest wordt aangeduid. Dat cijfer is ‘666’.
Wat wordt hiermee bedoeld? Opnieuw kan het Oude Testament ons helpen. Om te beginnen is het merkteken de anti-sjema. De sjema is de geloofsbelijdenis die we in Deuteronomium vinden:
‘Hoor Israël, de Heer is onze God, de Heer is de enige.’ - Deuteronomium 6:4
‘Heb daarom de Heer, uw God, lief, met hart en ziel en de inzet van al uw krachten.’ - Deut. 6: 5, 11:13
‘Schrijf ze op de deurposten van uw huis en op de poorten van de stad.’ - Deut. 6:9, 11:20
De mensen moeten dus een keuze maken: volgen ze de wereld of God? Waar ligt hun trouw?
En dan is er het getal ‘666’. Wij kunnen daar niet zoveel mee, maar Johannes sprak zowel Oud-Grieks als Hebreeuws. In beide talen zijn letters ook nummers. Als je de nummers van de Griekse woord ‘Neron Kesar’ (Nero Keizer) optelt, kom je op 666 uit. Hetzelfde geldt voor het Hebreeuwse woord voor ‘beest’.
Keizer Nero is echter niet de enige die wordt bedoeld met ‘het beest’. Daniël liet al zien dat iedere natie in een beest verandert als zij andere landen militair en economisch willen overheersen. Deze heersers creëren hun eigen valse goden en eisen volledige trouw. Ze houden mensen weg bij God. Babylon, Perzië, Griekenland en Rome zijn allemaal het beest geweest. Wie is het vandaag de dag? Het beantwoorden van die vraag laat ik aan jou zelf over.
De dagen van Babylon zijn geteld
Wat veel belangrijker is, is dat we zien wie er tegenover deze beestachtige heersers en de draak staat. Dit is een Koning met een heel ander koninkrijk: het geslachte Lam van God. Zijn leger bestaat uit mensen die hun leven hebben gegeven. Ze bevinden zich in het nieuwe Jeruzalem en zingen een overwinningslied.
Een engel stijgt op om het eeuwige evangelie te verkondigen. Ze roepen iedereen op om zich bij hen aan te sluiten. De dagen van Babylon zijn geteld.
In het volgende visioen krijgen we het laatste oordeel te zien in de vorm van twee oogsten. De goede oogst is graan; mensen die trouw zijn gebleven aan Jezus. De slechte oogst zijn wijndruiven; mensen die vol zitten met kwaad. Zij worden geplet in de wijnpers.
Opnieuw dus de keuze voor de lezer: volg je de wereld of volg je Jezus?
De zeven schalen
Nog één keer vertelt Johannes over een cyclus van zeven oordelen, ditmaal via zeven schalen. Ook deze rampen lijken op de plagen uit Exodus en zoals we bij de twee vorige cycli hebben gezien, komen veel mensen niet tot inkeer. Ze blijven zich verzetten tegen God en lasteren Hem.
Als een engel de zesde schaal leeggiet vindt er een grote veldslag plaats tussen Gods volgelingen enerzijds, en de draak, het beest en de landen die hen volgen anderzijds. Het gevecht vindt plaats op een vlakte in het noorden van Israël die Harmagedon heet. De staat Israël heeft hier regelmatig slag moeten leveren met vijanden. Het is niet met zekerheid te zeggen of dat betekent dat hier letterlijk strijd wordt geleverd, of dat dit beeld een symbool is van Gods oordeel over Zijn vijanden
De beschrijving doet sterk denken aan een visioen van Ezechiël, waarbij Gog werd verslagen. Gog staat symbool voor de landen die zich tegen God verzetten. Zij moeten de straf ondergaan.
God rekent af met het kwaad
Dat zien we gebeuren als een engel de zevende schaal leeggiet. Voor de vierde keer in dit Bijbelboek krijgen we een beeld van de dag van de Heer voorgeschoteld. Babylon - dat symbool staat voor alle kwade heersers in de wereldgeschiedenis – valt. God rekent definitief af met het kwaad. De draak en het beest worden verslagen. Ze verdwijnen voorgoed.
Het hoogtepunt van de hele Bijbel is als we zien hoe Jezus’ koninkrijk zich eindelijk op aarde vestigt. We hebben al gezien dat deze ‘laatste dag’ werd omschreven als een dag vol vuur, een aardbeving en een oogst. Nu wordt de ‘dag van de Heer’ afgebeeld als een laatste en allesbeslissende veldslag. Johannes neemt ons weer mee naar de zesde schaal waar de mensen die zich verzetten tegen God zich voor Hem hebben verzameld.
Plotseling verschijnt Jezus op het toneel. Hij is Gods Woord, zittend op een wit paard. Zijn kleding zit echter onder het bloed. Al vóór de veldslag is begonnen. Het is natuurlijk Zijn eigen bloed, dat vloeide aan het kruis.
Ook houdt Jezus geen zwaard in zijn hand. Zijn tong is Zijn zwaard. De strijd is al geleverd. Er zal geen nieuw bloed vloeien op Harmagedon. Jezus is niet gekomen om mensen te doden, maar om recht te spreken. Iedereen die niet voor God wilde buigen, wordt geoordeeld.
Johannes vertelt ons ook over de martelaren. De mensen die zijn omgebracht omdat ze bij Jezus hoorden, komen weer tot leven en heersen met Jezus voor duizend jaar. Daarna wordt de draak weer even losgelaten en hij zorgt ervoor dat mensen opnieuw in opstand komen tegen God. Uiteindelijk worden ze allemaal verslagen. Wie geen toegang wil tot Gods Koninkrijk, wordt voor de eeuwigheid verbannen.
Eeuwig bij God
Ook hier is weer de vraag of we deze gebeurtenissen letterlijk moeten nemen. Eerst een veldslag, dan een duizendjarig rijk, dan een nieuwe veldslag. Of gaat het om hetzelfde gevecht, maar dan verteld van twee kanten? Hoe dan ook, de conclusie is hetzelfde: als Jezus terugkeert als koning rekent Hij voorgoed af met het kwaad. De mensen die trouw zijn gebleven, mogen voor eeuwig bij Hem zijn.
Dan zijn we definitief verlost van de zonde. Johannes krijgt te zien hoe die wereld eruit zal zien. Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Een nieuw Jeruzalem daalt neer op die nieuwe aarde. ‘Als een bruid die zich mooi heeft gemaakt voor haar man’, zegt Johannes. God kondigt aan dat Hij voortaan onder de mensen zal wonen. Deze nieuwe plek is nog mooier dan de Hof van Eden. Er wonen mensen van alle volken en alle rassen.
Er is geen tempel meer, want God en Jezus wonen er zelf. De mensen krijgen de opdracht terug die God hen al in Genesis 1 gaf: ze mogen heersen over de schepping. Ze zijn een verlengstuk van God geworden. Er is geen kwaad, geen zonde, geen verdriet, geen gevaar. Er staat geen boom van goed en kwaad, wel een boom van het leven. Iedereen hier is vrijgekocht door God. We leven in volkomen harmonie met elkaar en met God.
En zo is Openbaring een krachtige oproep aan allen die Jezus volgen om trouw te blijven aan Jezus. De wereld doet zijn best om je te laten afkeren van Hem, maar God houdt zich aan Zijn beloften. Er wacht een beloning op je als je trouw bent. Laat je niet ontmoedigen door de zonde in je eigen leven, door het kwaad in de wereld en zelfs niet door vervolging. Jezus heeft voor jouw zonden betaald, Hij rekent af met het kwaad en eert de mensen die hun leven voor Hem geven, zoals Hij Zijn leven voor ons gaf.
Samenvatting van Openbaring (1 minuut)
In Openbaring krijgt de oude apostel Johannes bezoek van Jezus, die hem brieven laat schrijven aan zeven gemeenten. Ook krijgt Johannes visioenen van de geestelijke werkelijkheid te zien. In de hemel ziet hij Gods prachtige troonzaal. Enkele wezens roepen voortdurend hoe heilig God is en 24 menselijke oudsten vallen telkens op hun knieën voor Hem neer.
Er blijken boekrollen in de hemel te zijn, maar één kan niet worden geopend. Zo lijkt het. Maar dan verschijnt Jezus in de vorm van een geslacht lam. Hij is waardig bevonden. De boekrol is gesloten met zeven zegels. Iedere keer als een zegel wordt verbroken, gebeurt er iets op de aarde. Uit het zevende zegel komen zeven bazuinen en uit de zevende bazuin komen zeven schalen. Zo beschrijft Johannes in drie cycli van zeven telkens diverse rampzalige gebeurtenissen op aarde.
Aan het eind van elke cyclus blijkt dat Jezus al de overwinning behaald heeft door te sterven. Er volgt geen nieuwe eindstrijd. Jezus rekent definitief af met het kwaad. De satan en zijn demonen worden voor altijd opgesloten. Ook de mensen die niet bij God wilden horen, worden verstoten. Gods nieuwe koninkrijk is voor de mensen die in Hem geloofden en op Hem vertrouwden. Op die nieuwe aarde zal geen dood en geen verdriet meer zijn. God heeft al Zijn beloften ingelost. We mogen wonen in een plek mooier dan de Hof van Ede. De harmonie tussen God en mens en tussen mensen onderling is weer hersteld. God zelf zal weer in ons midden zijn.
En nu?
We zijn aan het einde gekomen van de Bijbel. We hebben gezien dat God enorm veel van mensen houdt. Hij gaf ons een vrije wil zodat we lief konden hebben. We gingen in de fout en deden God pijn.
De consequentie was dat we van Hem werden gescheiden. Niet omdat Hij dat wilde, maar omdat Hij heilig en rechtvaardig is. Hij kan geen zonde tolereren.
Uit onszelf zijn we niet in staat om te leven zoals Hij dat wil. Iemand moest de prijs betalen en dat kan alleen God zelf zijn. Dus stuurde Hij Zijn zoon, Jezus.
Aan het kruis liet Jezus zien dat geen zonde onbestraft blijft. Hij droeg de straf in onze plaats en bewees zo dat Gods liefde grenzeloos is. Niets kan ons scheiden van Gods liefde. Dat is ‘evangelie’ – goed nieuws.
God vraagt van ons om Hem te vertrouwen. Hij stelt ons in staat om meer en meer op Hem te lijken en Hij wil dat we de wereld over Hem vertellen.
De wereld zal ons niet altijd begrijpen. Soms is er tegenstand of zelfs vervolging, maar God blijft trouw en sleept ons er doorheen.
Door ons geloof zijn we verbonden met Jezus Christus. De zonde heeft geen vat meer op ons. We maken nu al deel uit van Gods koninkrijk, ook al wonen we nog een in een gebroken wereld.
Op een dag komt Jezus terug en dan zal Hij alles nieuw maken, en weer in ons midden wonen. Dat is ‘evangelie’ – goed nieuws.
Hou het niet voor jezelf, deel het met anderen. Met je gezin, met familie, vrienden, collega’s, buren en wie God maar op je pad brengt. Bid ervoor. Misschien kun je ze zelfs wijzen op dit boek.
Jezus kwam op hen toe en zei:
‘Mij is alle macht gegeven in de hemel en op de aarde. Ga dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest, en hun te leren dat ze zich moeten houden aan alles wat ik jullie opgedragen heb.
En houd dit voor ogen: ik ben met jullie, alle dagen, tot aan de voltooiing van deze wereld.’